In Kerven van mijn ziel vertelt Inez de la Forge (psuedoniem) over hoe ze rond haar veertigste verjaardag ontdekte dat ze als kleuter seksueel misbruikt was door een satanische sekte. Haar twintigjarige oom zou haar binnengesmokkeld hebben in een legerkamp waar kleine Inez tegen betaling misbruikt kon worden door de militairen. Later kwam er ook misbruik door een satanische sekte bij. De la Forge beschrijft bloederige taferelen waarbij messen en sikkels in haar vagina werden gestopt en vermeldt offers van pasgeboren baby’s aan Satan.
Het verhaal wordt ingeleid door getuigenissen van een aantal psychiaters en psychotherapeuten die haar geloven zonder enige verificatie. Hiervoor baseren de specialisten zich enkel op vergelijkbare getuigenissen. Met dit boek wilden Inez de la Forge en psychiaters bewijzen dat ritueel seksueel misbruik van kinderen epidemische vormen aannam.
Onder meer de recensent Gie van den Berghe reageerde sceptisch in De Morgen (19 maart 1998). Hij stelt dat de ‘getuigenissen’ van de andere kinderen makkelijk verzinsels kunnen zijn die ze voor waarheid aannemen omdat hen dat zo is aangeleerd. Van den Berghe suggereert dan ook dat de ‘herinneringen’ die Inez de la Forge later in haar leven ‘herontdekt’ over haar misbruik wel eens vals zouden kunnen zijn. Daarbovenop zijn de feiten die Inez de la Forge in haar boek aanhaalt onwaarschijnlijk en onbewezen.
Bibliografie
Bronnen
De la Forge, Inez. Kerven in mijn ziel. Antwerpen: Icarus, 1998.
Literatuur
Van den Berghe, Gie. “Kruistocht der therapeuteraars.” Recensie van Kerven in mijn ziel, door Inez de la Forge. De Morgen, 19.03.1998.