L’effroyable imposture: 11 septembre 2002 (Thierry Meyssan, 2002)

Rond 9/11 circuleren er heel wat complottheorieën. Zo wordt er beweerd dat de Amerikaanse regering een aandeel had in de aanslag op de WTC-torens op 11 september 2001. Thierry Meyssan, een Franse links-georiënteerde journalist en intellectueel, is een van de fervente aanhangers van deze theorie en werkte zijn argumentatie uit in het boek L’effroyable imposture. 

Volgens Meyssan werd George W. Bush door rechtse aanhangers uit de Amerikaanse regering bedreigd. Als hij zijn militaire uitgaven niet verhoogde of ten oorlog ging tegen Afghanistan en Irak, zouden hij afgezet worden. Meyssan beweert dat Osama bin Laden een assistent was bij de CIA die gemakkelijk als zondebok aangewezen kon worden. Omdat de Koran zelfmoord verbied, kunnen moslims de aanslag niet gepleegd hebben.

Vreemd genoeg bezocht Meyssan de VS nooit. Hij interviewde evenmin getuigen voor zijn boek. Getuigen maakten volgens hem deel uit van het complot. Meyssans theorie is gebaseerd op foto’s en data die collega-complottheoretici verzamelden en deelden op het internet.

Toch was het boek meteen een succes in Frankrijk toen het in 2002 verscheen. Er kwam een vertaling naar het Engels (The Big Lie) die tot vandaag een bron is voor nieuwe complottheorieën over de gebeurtenissen van 9/11.

Bibliografie

Bronnen

Meyssan, Thierry. L’effroyable imposture: 11 septembre 2002. S.n.: Chatou Carnot, 2002.

Literatuur

Atkins, Stephen E. The 9/11 Encyclopedia. Santa Barbara: ABC-CLIO, 2011.

De eerste tijd : speurtocht naar buitenaardse goden die de loop der beschaving beslissend beïnvloedden (Zecharia Sitchin, 1976)

Sinds de auteur Von Däniken in de jaren 1960 het boek Waren de goden komsonauten? schreef, zijn veel complottheoretici hem in de voetsporen gevolgd. Zecharia Sitchin is één van hen. In De 12de planeet (deel van de Earth Chronicles) beweert Sitchin dat buitenaardse wezens aan de oorsprong liggen van ontwikkelingen bij de eerste beschavingen. Alles wat als onverklaarbaar wordt beschouwd bij oude beschavingen wijdt Sitchin aan de invloed van buitenaardse wezens. Meer nog: Sitchin beweert dat de mens gecreëerd werd door de Nefilim, buitenaardse wezens afkomstig van de ‘twaalfde planeet’ Mardoek.

Hoewel zijn boeken vrij goed gedocumenteerd overkomen, is en blijft zijn centrale these speculatie. Recensent Kranenborg noemt het vijfde boek van de Earth Chronicles “pure nonsens” en “science fiction in het verleden”. Het mogelijke verband tussen buitenaards leven en oude samenlevingen is alleszins een gekende complottheorie die veel populariteit geniet in de VS. Ondermeer de bekende televisieserie Ancient Aliens  (History Channel) getuigt hiervan.

Bibliografie

Bronnen

Von Däniken, Erich. Waren de goden kosmonauten? : herinneringen aan de toekomst: onopgeloste raadsels uit het verleden. Deventer: Ankh-Hermes, 2010.

Sitchin, Zecharia. De 12de planeet: wanneer, waar en hoe astronauten van een andere planeet naar de aarde kwamen en de homo sapiens schiepen. Enkhuizen: Frontier, 2004.

Sitchin, Zecharia. De eerste tijd : speurtocht naar buitenaardse goden die de loop der beschaving beslissendbeïnvloedden. Baarn: Tirion, 1998.

Literatuur

Kranenborg, Dr. R. Recensie van De eerste tijd: speurtocht naar buitenaardse goden die de loop der beschaving beslissend beïnvloedden, door Zecharia Sitchin. Https://www.bol.com/nl/p/de-eerste-tijd/666815867/?country=BE.

Verbrugh, H. Recensie van Waren de goden kosmonauten? : herinneringen aan de toekomst: onopgeloste raadsels uit het verleden, door Erich von Däniken. Http://zoeken.bibliotheek.be/detail/Erich-von-Daniken/Waren-de-goden-kosmonauten-herinneringen/Boek/?itemid=%7Clibrary%2Fmarc%2Fvlacc%7C8334813.

Redactie. Recensie van De 12de planeet: wanneer, waar en hoe astronauten van een andere planeet naar de aarde kwamen en de homo sapiens schiepen, door Zecharia Sitchin. Http://zoeken.bibliotheek.be/detail/Zecharia-Sitchin/De-12de-planeet-wanneer-waar-en-hoe/Boek/?itemid=%7Clibrary%2Fmarc%2Fvlacc%7C2777354.

The Da Vinci Code (Dan Brown, 2003)

Dan Brown werd tweemaal aangeklaagd voor plagiaat, maar won beide rechtszaken.

Eerst werd hij beschuldigd door twee van de drie auteurs van het boek The Holy Blood and the Holy Grail. Baigent en Leigh meenden met name dat Brown de plot van hun roman had gestolen. The Holy Blood and the Holy Grail was in de jaren 1980 zelf een bestseller geweest en gaat over de nakomelingen van Jezus. Het boek vertrekt van de idee dat Jezus en Maria Magdalena getrouwd waren en een kind kregen. De bloedlijn zou tot op de dag van vandaag doorlopen en de nakomelingen zouden door een geheim vennootschap beschermd worden tegen de invloed van de Rooms-Katholieke Kerk. Een gelijkaardige redenering vinden we inderdaad terug in The Da Vinci Code. Onvoldoende echter voor de rechter die de klacht onontvankelijk verklaarde.

Een tweede plagiaatklacht had te maken met het boek Daughter of God  van Lewis Perdue uit 2000. De dagvaarding – Perdue beweerde dat er opvallende gelijkenissen waren tussen zijn boek en The Da Vinci Code – werden door het Gerechtshof in Washington terzijde geschoven..

We kunnen The Da Vinci Code desgewenst ook onderbrengen onder de hashtag Complot en meer. Zo zijn er wel degelijk mensen die geloven in het bestaan van een complot binnen de Rooms-Katholieke Kerk, én in het bestaan van nakomelingen van Jezus Christus..


Bibliografie

Bronnen

Brown, Dan. The Da Vinci Code. New York: Doubleday, 2014.

Baigent, Michael, Richard Leigh, en Henry Lincoln. The Holy Blood and the Holy Grail. London: Corgi books, 1984.

Perdue, Lewis. Dochter van God. Amsterdam: M, 2005.

Literatuur

“Authors lose appeal over Da Vinci Code plagiarism.” The Guardian. 28.03.2007. Https://www.theguardian.com/uk/2007/mar/28/danbrown.books.

“Brown wins Da Vinci Code case.” The Guardian. 07.04.2006. Https://www.theguardian.com/media/2006/apr/07/pressandpublishing.danbrown.

Sutherland-Smith, Wendy. Plagiarism, the Internet, and Student Learning: Improving Academic Integrity. New York: Routledge, 2008.

1984 (George Orwell, 1948)

Sommigen betichten George Orwell van plagiaat. Zo komt het plot, de uitwerking van de centrale personages en het verloop van de roman 1984 sterk overeen met Zamjatins We uit 1924.  George Orwell kende het boek van Zamjatin:  hij schreef er een recensie over voor het magazine Tribune.

Hoewel bepaalde concepten in beide boeken voorkomen, zijn er ook duidelijke verschillen. Zo is Orwells uitgesproken visie op politiek, en meer specifiek het totalitarisme, duidelijk uniek. Ook de donkere en pessimistische toon is typisch voor 1984.  Wanneer is er sprake van (toegelaten) inspiratie? Wanneer wordt iets plagiaat? Bestaat er een schemerzone? En wordt de roman van George Orwell er minder goed door?

De romans van George Orwells werden ook gecensureerd. Aangezien zijn boeken (zowel1984 als Animal Farm) totalitaire regimes bekritiseren, was het in de eerste plaats de USSR die de romans op de zwarte lijst plaatste. De boeken werden lange tijd niet naar het Russisch vertaald noch gepubliceerd in de USSR.

Ook in de VS bleven de romans van George Orwell niet onbesproken. Gedurende de jaren 1965-82 stond 1984 in de top-5 van de dertig “most frequently challenged books”. De onzedelijkheid, de seksuele geladenheid en obsceniteit maakten het boek ongeschikt voor de jeugd. . Andere klachten hadden dan weer, vreemd genoeg, te maken met een vermeende communistische inhoud van het boek. Hoewel 1984 kritiek formuleert op totalitaire samenlevingen zoals de USSR, plaatste George Orwell volgens sommigen “communism in a favorable light”. De boeken werden door veel Amerikaanse bibliotheken niet aangekocht, verwijderd of in een gesloten kast geplaatst.


Bibliografie

Bronnen

Orwell, George. 1984: A Novel. 14th pr. New York: The New American Library, 1956.

Zamjatin, Evgenij. We. Repr. Harmondsworth: Penguin, 1983.

Orwell, George. Animal Farm. New York: Harcourt, Brace & World, 1954.

Literatuur

Owen, Paul. “1984 thoughtcrime? Does it matter that George Orwell pinched the plot?” The Guardian. 08.06.2009. Https://www.theguardian.com/books/booksblog/2009/jun/08/george-orwell-1984-zamyatin-we.

O’Leary, Catherine en Alberto Lázaro. Censorship across Borders: The Reception of English Literature in Twentieth-Century Europe. Newcastle: Cambridge Scholars Publishing, 2011.

Green, Jonathon en Nicholas J. Karolides. Encyclopedia of Censorship. New York: Infobase Publishing, 2014.

Centuries (Nostradamus, 1555-1558)

Nostradamus, een Frans astroloog en geneesheer uit de zestiende eeuw, geeft met zijn voorspellingennog steeds aanleiding tot speculatie. Nostradamus begon in 1547 met het neerschrijven van zijn voorspellingen die hij in 1555 publiceerde in het boek Centuries. Door de enorme populariteit van het boek verscheen er in 1558 een tweede editie, opgedragen aan de Franse koning. Nostradamus werd ook aan het hof van Catherine de Médici uitgenodigd waar hij zich boog over de horoscoop van haar kinderen.

Zowel dee cryptische stijl als de inhoud van de voorspellingen gaven aanleiding tot heel wat controverse. Volgens aanhangers van Nostradamus zouden veel van zijn voorspellingen zijn uitgekomen, gaande van de Franse Revolutie tot de twee wereldoorlogen. Sceptici beweren het tegengestelde: Nostradamus’ voorspellingen zijn zo vaag dat je ze op iedere mogelijke manier kan interpreteren.

Rudy Cambier, professor taalkunde aan de Unviersiteit van Luik, beweert dat Nostradamus een deel van zijn Centuries plagieerde van Yves de Lessines, prior van de abdij van Cambron (België). De Centuries zijn volgens Rudy Cambier geen voorspellingen maar een geplagieerde en poëtische terugblik op de geschiedenis van de Tempeliers. Het zou meer bepaald gaan over de bergplaats van de schat van de Tempeliers.


Bibliografie

Bronnen

Nostradamus, en Pierre Brind’Amour. Les Premières Centuries Ou Prophéties (édition Marcé Bonhomme De 1555). Genève: Droz, 1996.

Literatuur

The Editors of Encyclopaedia Britannica. “Nostradamus. French Astrologer.” Encyclopaedia Britannica. Geraadpleegd 31.08.2017. Https://www.britannica.com/biography/Nostradamus.

Anderson, Rodger I. Psychics, Sensitives and Somnambules: A Biographical Dictionary with Bibliographies. Jefferson: McFarland, 2014.

Rudy, Cambier. Nostradamus en de erfgenis van de Tempeliers. Enkhuizen: Frontier Publishing, 2002.